September 2010
De tiende partnerbijeenkomst van KEI, kenniscentrum stedelijke vernieuwing, vond plaats in de Utrechtse wijk Kanaleneiland. Hans Venhuizen sloot het programma af met een opwekkende boodschap over het imago van de wijk: “Ist der Ruf einmal zerstört, lebt es sich weiter unbeschwert.” Vrij vertaald: is je reputatie eenmaal verloren, dan leef je een zorgeloos bestaan.
Column uitgesproken op 30 september 2010, Kanaleneiland Utrecht
De Duitse taal heeft een spreekwoord voor wat te doen wanneer je reputatie eenmaal verwoest is. Het spreekwoord slaat weliswaar op personen en niet op wijken, maar kent een verrassende wending: “Is je reputatie eenmaal grondig naar de maan, ga dan niet in een hoekje zitten huilen, en pleeg dan ook geen zelfmoord en ga zeker niet knetter hard werken om koste wat kost je imago te herstellen. Is je imago eenmaal verwoest, dan ben je feitelijk vrij. Vrij van zorgen over dat imago. Dan kun je vervolgens licht en onbelast verder gaan en heb je de toekomst weer in eigen hand”.
Er is in Nederland nauwelijks een wijk te vinden die in de -slecht imago top tien- boven Kanaleneiland zal eindigen. En voor sommigen van u heeft dat deze dag mogelijk een tikje spannender gemaakt. Niet iedereen komt dagelijks in een wijk die zo ver ontspoorde dat er zelfs een door de politie gehandhaafd samenscholingsverbod moest worden afgekondigd.
Kanaleneiland is vanaf haar prille begin een voorbeeldwijk geweest. Aanvankelijk met haar strikt functionalistische opzet, haar geïndustrialiseerde bouwwijze, haar uitbundige openbare ruimte in een deel van de wijk en het ruime baan dat de auto er kreeg. Inmiddels is Kanaleneiland een voorbeeldwijk voor haar problematiek en de waaier aan maatregelen en therapiën waarmee die problemen worden bestreden. Bij Doenja Kanaleneiland-Noord heeft men het dan wel over ‘de spaghettiberg’, de enorme wirwar aan projecten die allen een eigen begin en einde hebben, maar zich vrij autonoom over hetzelfde bord bewegen. En waar niemand echt een overzicht over lijkt te hebben.
Van de Utrechtse kunstcommissie kregen wij de uitnodiging eens een flinke duik in die spaghettiberg te nemen. Om te kijken of er ergens in die wirwar, in ‘de tussentijd’ die door het vernieuwingsproces wordt veroorzaakt, nog een rol voor de kunst weggelegd zou kunnen zijn.
Toen we eenmaal 8 ordners met documenten van internet over Kanaleneiland hadden verzameld, was onze eerste werktitel moet ik toegeven: ALWEER EEN PLAN. Want met het groeien van de geboeidheid over de spaghettiberg, nam de moed om nieuwe projecten te benoemen evenredig af. We wilden liever niet horen bij het leger ‘goudzoekers’ waarover kanaleneilandse gesprekspartners ons informeerden: instanties, stichtingen, bureaus, politici en andere professionals die bij voorkeur de denkbaar meest duistere wijk opzoeken om hun nieuwe methode, ongezouten mening of anderszins goedbedoelde hulp strategisch te etaleren. Gaandeweg kreeg de spaghettiberg echter een welhaast hallucinerende aantrekkingskracht op ons. Aan zoveel facetten lijkt hier gedacht dat een opsomming van de verschillende projecten niet eens in het tijdsbestek van deze column zou passen: -fysiek, sociaal, werkgelegenheid, openbare ruimte, voorzieningen- geen aspect blijft onbesproken onbedacht en ongepland. Ook de cultuur komt ruim aan bod met aandacht voor muziek, theater, volks-en eetcultuur, artistiek cursusaanbod en participatie bij parkinrichting bijvoorbeeld. Maar evenals in veel andere steden wordt ook op Kanaleneiland een zeer belangrijke cultuuruiting nog steeds in de hoek van de problemen gezet. Plannenmakers hebben het over de overlast van geluid, verkeer en parkeren terwijl ze het eigenlijk moeten hebben over de fascinerende wereld van de autocultuur. De auto is namelijk een absolute gemene culturele deler. Als het over autos gaat komt iedereen uit Autonië. Maar die betekenis staat in schril contrast tot de belabberde behandeling die de auto ook op Kanaleneiland krijgt. De auto wordt vooral als transportmiddel gezien die je noodzakelijkerwijs een plaats moet geven in de stad door het verkeer en het parkeren goed te regelen. Maar als cultureel fenomeen wordt het nauwelijks erkend. Straten worden bedrempeld en gerotondiseerd en het foutparkeren wordt met harde hand bestreden. Maar nergens wordt een goede plek ingericht om met je auto te flaneren, te flirten, te cruisen of alleen maar de trotse heilige koe te showen. De auto is veel meer dan alleen vervoermiddel, het is ook trots bezit dat een verlengstuk is van je identiteit. Door alle culturen en inkomensklassen heen.
Op kanaleneiland vielen ons snel de grote hoeveelheid oude Mercedessen, oftewel chique gezegd VINTAGE Mercedessen op. Bij navraag bleek er een fraaie mix van argumenten schuil te gaan achter de keuze om een oude Mercedes aan te schaffen, sommige sterk inhoudelijk en andere puur praktisch van aard: #1-ten eerste is de Mercedes een grote en degelijke auto waarmee je comfortabel en betrouwbaar lange reizen kunt maken met veel mensen #2-ten tweede kun je bij de oudere Mercedessen nog goed zelf kapotte onderdelen uitwisselen, iets wat bij nieuwe autos al volstrekt onmogelijk geworden is #3-ten derde betaal je voor deze autos uit de vintage categorie geen wegenbelasting meer. En niet in de laatste plaats #4-ten vierde straalt de Mercedes status uit op de eigenaar. Deze auto, hoe oud deze ook is, laat zien dat de eigenaar het gemaakt heeft in deze samenleving. Hieruit ontstond onze tweede werktitel HET INDIVIDUELE ICOON. In de stedelijke vernieuwing wordt veelal gezocht naar aanleidingen voor iconen, zoals de nog nauwelijks bereden Prins Claus Brug dat voor Kanaleneiland is. Maar deze brug is als icoon voor de bewoners absoluut niet zo sterk als de eigen Mercedes dat voor de eigen deur is. Opgeteld vormen die vintage Mercedessen daarmee als het ware het meest ONOPGEMERKTE ICOON van de wijk.
Een rit door de probleemwijk op de achterbank van een zorgvuldig onderhouden vintage Mercedes met de trotse lokale eigenaar achter het stuur, geeft een andere kijk op de parels van de wijk die immers niet louter uit sociale en fysieke projecten bestaan maar vooral uit de relatie die bewoners met hún wijk hebben. Zoals u misschien vandaag hebt mogen ervaren.
Op zoek naar parels, kwaliteiten en identiteiten in een stad, kijk ik altijd het liefst eerst naar de problemen en zaken die als negatief worden ervaren. Door positieve managementgoeroes zijn we in de afgelopen decennia volledig gebrainwashed niet meer naar de problemen maar naar de kansen te kijken. Het risico bestaat dan dat we de problemen oplossen en vervolgens in een geheel eigen en gescheiden proces onze eigenheid gaan bedenken en onze identiteit gaan verzinnen. Terwijl die eigenheid en identiteit toch echt van oudsher juist zijn ontstaan vanuit het oplossen van onze problemen.
Het meest boeiende probleem van Kanaleneiland is haar tot op de grond toe afgebrande imago. “Hoe kunnen we het imago van Kanaleneiland meer veerkracht geven en duurzaam maken?” Was de vraag tijdens een van de sessies vandaag. “hoe kun je een ‘frame’ wisseling tot stand brengen en zijn grote ambities hierbij wel realistisch? Zijn grote bewegingen mogelijk of is het een kwestie van stap voor stap omhoog kruipen?” Het blijkt dat de media vooral vanuit negatieve vooroordelen over Kanaleneiland berichten. De vraag is of je hiervoor een ‘behoedzaam handelingscenario’ op moet stellen, moet de wijk op eieren gaan lopen en alleen het positieve naar buiten brengen en het negatieve niet, zodat het imago inderdaad stap voor stap omhoog kan kruipen. Maar een Nederlands spreekwoord zegt weer over reputatie dat het ‘komt te voet’ en ‘gaat te paard’ en de reputatie van Kanaleneiland lijkt allang met een stel wheelierijdende scooterrijders ver achter de horizon te zijn verdwenen.
Het jongeren cultuurhuis in Kanaleneiland-Noord heeft dat uitstekend begrepen. Een jaar geleden organiseerden zij een rap musical met Kanaleneilandse talenten met de briljante titel -k sterretje eiland-.
Met een verwijzing naar het voor chatsitetoezichthouders onzichtbare scheldwoord f**ck voor fuck. U kunt voor het sterretje in -k sterretje eiland- willekeurig welk kort scheldwoord invullen dat begint met een k. Op deze manier heeft het absolute nulpunt van de wijk een label en een logo gekregen en meteen een nieuwe start. Niet het begin van een behoedzaam stapje voor stapje poging tot verbetering van het wijkimago, maar een liefdevolle omhelzing van de huidige situatie en haar ruim aanwezige kwaliteiten en talenten. Als je het niet zo kunt krijgen als je het hebben wilt, vier dan uitbundig wat je hebt zou ik zeggen. In het Duits heet dat dan: “Ist der Ruf einmal zerstört, lebt es sich weiter unbeschwert”, op het eigen -k sterretje eiland-
Hans Venhuizen
Kanaleneiland Utrecht, 30 september 2010