Oktober 2008 – De krachtwijk en haar essentiële marge
Onder de titel Krachtwijken zijn in april 2007 door ex-minister Ella Vogelaar van VROM veertig wijken aangewezen die dringend moeten worden ‘aangepakt’. Het krachtwijkenprogramma past in de lijn van de stedelijke vernieuwing van eind jaren negentig die op haar beurt voortkwam uit de stadsvernieuwing van de jaren tachtig. In vergelijking tot zijn voorgangers is de Krachtwijkenoperatie echter van een ongekende omvang en complexiteit. In de Krachtwijkenoperatie wordt met grote daadkracht zowel de fysieke als de sociale aspecten van de verbeterbehoeftige wijken ‘aangepakt’. Versterking van de identiteit en ‘vermarkting’ nemen daarbij een belangrijke plaats in. Om de wijken in een beter daglicht te plaatsen worden soms vreemde verbindingen gemaakt tussen de werkelijke situatie en de gewenste uitstraling. Terwijl kansen daarvoor in de marge, vaak niet worden benut. Bovendien zijn de plannen doorgaans gericht op het gewenste eindbeeld en houden weinig rekening met de zogenaamde tussentijd, de periode tussen aanvang van de transformatie en de afronding daarvan. Deze tussentijd kan wel oplopen tot vijftien of zelfs twintig jaar waardoor er een complete generatie in op kan groeien. Om de kansen uit de marge wél te kunnen benutten en de verbetering van de wijken te ontdoen van het stugge eindbeelddenken werd het TtOM model ontwikkeld, een opzet voor de Tussentijd Ontwikkelings Maatschappij.